Kwalitijd

Op de tijd zelf hebben we geen invloed. Die tikt altijd maar door. 

Maar hoe je de tijd beleeft, is wel aan te sturen.  Pret noemt die tijd kwalitijd. 

Het is mij tijdens deze reis gelukt om iets meer kwalitijd te creëren en te voelen. 

Dat gevoel wordt steeds meer routine en neem ik de komende maanden mee in het thuisleven.

 

Wat is dan kwalitijd voor mij? 

Kwalitijd is bijvoorbeeld opstaan zonder tijd en mobiel. Eerst rustig ontbijten en niet gehaast dingen doen.

Kwalitijd is om je heen kijken en je zintuigen gebruiken. 

Kwalitijd is meer in het nu zijn en daarvan genieten zonder dat mijn hoofd op hol slaat met impulsieve acties en te veel in een dag proppen. 

 

Wat helaas niet gelukt is tijdens deze reis is om zonder de tijd te leven. Ik had gedacht dat ik dagenlang zonder de digitale tijd zou kunnen leven. 

Ik had ook gedacht dat ik de stand van de zon en de temperatuur  van de dag zou gebruiken als navigatie voor de tijd.  Dat laatste gebeurde wel. Maar dat was vaak met inmenging van het weten van de tijd.  Dus dat telt niet. 

 

Waarom lukt het mij dan niet om zonder de tijd te leven? 

Op de eerste plaats zorgt de Siësta tijd van de Spanjaarden ervoor dat we ervoor of erna boodschappen doen en dan is het handig om toch de tijd te weten. 

Ook hebben we gemerkt dat de tijd overal staat aangegeven. 

Tot slot de hoofdoorzaak. Ik kan niet helemaal zonder mobiel leven. Mijn mobiel is mijn agenda, mijn adressenboek, mijn schrijfschrift, mijn encyclopedie, mijn apparaat om de wereld in foto’s vast te leggen, mijn muziekbox, mijn podcastbox en mijn communicatiemiddel met dierbaren. Ik kan dat niet missen. 

 

 

Tijdloos reizen

Als ik thuis ben, is de tijd soms een irritant gegeven. Als ik in een flow ergens mee bezig ben en de tijd vergeet, schrik ik op, laat de boel de boel en race naar een afspraak.

Mede hierdoor draag ik een horloge en wil op sommige dagen weten hoe laat het is zodat dat holderdebolder gedoe niet iedere dag plaatsvindt. Ik heb kloktijd gewoon nodig om ergens op tijd te zijn.

Tijdens het reizen hebben we geen kloktijd nodig omdat er niet veel afspraken zijn.

Dat is het heerlijke van reizen.

 

Ik ga de komende reis een nieuw experiment aan.

Tijdloos reizen. Plekken bezoeken waar de tijd stilstaat en toch ook ongemerkt doorgaat. 

Voelen of het bij de aankomende lange reis lukt om minder met de tijd te leven.

Mijn horloge gaat af en alle klokken maken we onzichtbaar.

Dan dansen we de zon op, eten we wanneer we trek hebben en gaan we misschien wel slapen op een ander tijdstip.

Ik ben heel benieuwd hoe ons dit vergaat.

 

 

Wegweeën met het reisgen

Bestaat er een reisgen?

Waarom reist de een wel graag en heeft de ander verschrikkelijke heimwee?

Heb je ooit gehoord van wegwee?

 

Zo, dat is even een vragenvuur die direct op je afgevuurd wordt als je dit leest.

Ben je er nog?

Lees dan even door!

 

Wegwee is het tegengestelde van heimwee. Als je heimwee hebt wil je graag naar huis en als je wegwee hebt wil je graag weg.

 

Ik heb wegwee of zwerfdrift.

Ik verlang naar beweging en verandering. Ik krijg als ik lang thuis ben de kriebels en wil weer even los zijn van het bekende en ben nieuwsgierig naar het onbekende. Als ik niet reis of als er niks op de planning staat, dan klopt het niet in mijn hoofd.

Ik heb een sterke drang om te reizen. Om nieuwe horizonnen van onze aardbol te ontdekken.

Op reis voel ik mij ook thuis. Daar ervaar ik nog meer avontuur, geluk en vrijheid.

 

Uit onderzoek blijkt dat je lust om te reizen in je DRD4-7R-gen zit. Dragers van dit gen zouden veel nieuwsgieriger zijn en zich over het algemeen rustelozer voelen. Hierdoor ontwikkelen ze een voortdurende drang naar avontuur om de wereld te ontdekken.

Maar hoeveel mensen ervaren nu eigenlijk die reislust? Volgens Dawn Maslar, bioloog aan de universiteit van Kaplan die zich toespitst op reispsychologie, zou ongeveer twintig procent van de bevolking het gen dragen. Dit gen heeft invloed op je dopaminegehalte. Ik denk dat ik dit gen draag.

 

De reis-carrousel

Wekker gezet

Denk aan concert

Live on the beach

Droom over zand

Van het strand

Hoor het nummer Carrousel 

Van Diggy Dex nog  na

In mijn hoofd

Voor de wekker wakker

Hup hup 

Spurt uit bed

Spring onder de douche

Tandenpoetsend de slaap afspoelend

De sproeier van warm naar lauw water

Vandaag niet naar koud

Geen trek

Toch ontbijten

Met koffie

Tijd zat …

Oh nee!

Toch niet

Lijstje afwerken

Vink

Check

Vink

Check

BAM voordeur op slot

Spurt naar de tram 

Hij wacht

Haal hem net

Dank je wel bestuurder!

Napuffen

 

Pak de gele NS-rakker

Podcast luisteren

Lach mee met Sander en Jaap

Check vlucht

Lang leve de Schiphol app

Arrival vliegveld

Fika met kaneelbroodje en koffie

Duf hoofd verdwijnt

Stiekem gesprekken afluisteren

Te leuk

Brakke Valtifestgangers

Stewardes in KLM-pakje met rolkoffer 

Piloot … cliché er tegenover

 

Wachten

Dromen

Wachten

Mijmeren

Wachten

Kijken

Wachten

Fantaseren

Wachten

 

Security check

Wachttijd maar 60 minuten

Joehoe!

Waterfles leegdrinken 

Eftelingrij

Stilstaan

Lopen 

Stilstaan

Lopen

Stilstaan

Lopen

50 keer

Of 51 keer?

Tel kwijt

 

Taxfree shoppen

Op zijn Hollands

‘Kijke kijke nie kope’

Toiletteren 

Waterfles vullen

 

Marathon lopen naar gate 12

Efkes 5 kwartier wachten

Rust in de wachthal

Slapende mensen

Mobielende mensen

Starende mensen

Boek-lezende mensen

In stilte

Berustend

Wel alert 

Ping in Schiphol app: Bericht: verhuizen naar gate 10

Ping in Schiphol app: Bericht: verhuizen naar gate 15

 

Transavia staat aangeslurfd 

Boarding vertraging

Lange rij

Wachten

Why?

Vermoeilijkte instapprocedure

De slurfdeur past niet aan het vliegtuig

Ik ga als laatste door een stukje slurf

Dan via buiten

De trap op

Het vliegtuig in

Verlaat 

45 minuten

Taxiënd de startbaan op

Ronkende motoren op volle toeren

Als een speer het ruim in

Nederland als lapjesdeken zichtbaar

Dan

Vulkaanwolken

En

Dwars door het met gaten wolkerige dekbed

De aarde half onzichtbaar

Klapperende oren

Wat is vliegen

Machtig

Prachtig 

De powernap ook

De inzet van de daling

Een beetje bumpy 

De gaten steeds groter

De aarde weer 100% zichtbaar

Het kerst treintjeslandschap

Maar dan in de zomer

Salzburg!

Here we come!

 

En dan

Reis ik verder

Met bus 2

Naar het station

Weer 5 kwartier wachten

Voor 2 treinen

Om dan aan te komen

In paraglide-land Greifenburg

 

Van voordeur Julianastraat 

Tot voordeur meneer Nilsson 

12 uur lang

Een reis-carrousel

Niet in mijn uppie

Maar

Toch wel In mijn uppie 

Is niet heel tof

Gebedsvlaggen

Hangen ze daar goed of is dit een betere plek?

Een plek uitkiezen vind ik best lastig omdat ik bang ben dat mensen die de boodschap niet begrijpen de gebedsvlaggen verwijderen.

Vorige week hingen we na 72 dagen reizen in de buurt van onze laatste slaapplek gebedsvlaggen op. Ik had ze eigenlijk in Bosnië in Sarajevo, Mostar of Srebrenica willen ophangen, maar iedere keer als ik een perfecte plek zag, had ik ze niet bij mij. Om onze nog korte traditie van het ophangen van de gebedsvlaggen niet te doorbreken hingen we ze op bij de laatste slaapplek in Duitsland.

 

In 2018 zijn we met vrienden naar Bhutan geweest. Daar was mijn eerste echte bewuste kennismaking met de gebedsvlaggen. 

Bhutan is een Boeddhistisch koninkrijk met een democratie en heeft 700.000 inwoners. In oppervlakte is het kleiner dan Nederland, het ligt in de Himalaya en kun je alleen met een gids bezoeken. Misschien ken je het land van het Bruto Nationaal Geluk onderzoek. Het land is nog onderontwikkeld en arm, maar toch heeft het één van de gelukkigste volkeren ter wereld.

Het was een bijzondere reis waar het Boeddhisme een belangrijke rol inspeelde.

Ik besefte weer sterk dat geluk in jezelf zit en dat je dat de ander geeft. Simpel gezegd: Dit lukt als je de symboliek van de vogel (verlangen), slang (boos) en varken (onverschilligheid) in jezelf kunt loslaten. Voor mij is Boeddhisme een levensvisie waarbij het lijden in welke vorm dan ook wordt overwonnen.

 

Tijdens het beklimmen van een berg tot 3180 meter naar het Tiger Nest in Bhutan bonkte mijn hart mijn lijf uit van de inspanning. Toch voelde ik mij bij het afnemen van de zuurstof in de lucht steeds gelukkiger worden. Ik voelde mij rijk in deze natuur en besefte dat het boeddhisme mij als westerling nog veel kan leren. Ik dacht toen: 'Als ik ook maar een druppeltje hiervan kan meenemen naar huis en er in de toekomst meer druppels van kan maken, dan maakt mij dat blij.'

 

Sinds die reis hangen we tijdens een vakantie of reis ergens op een goed plekje waar de wind zijn gang kan gaan een vlaggenlijn op.

De gebedsvlaggen ophangen is een piepklein dingetje dat bijdraagt aan mijn wens dat eenieder een voorspoedig leven mag hebben.

De gebedsvlaggen hebben 5 kleuren. Iedere kleur heeft zijn eigen betekenis.

Er staan mantra’s op voor compassie, kracht, vrede en wijsheid.

De kleuren symboliseren de elementen en versterken de mantra’s.

Rood staat voor vuur

Wit is de wind

Blauw staat voor de hemel

Groen is het water

Geel is het land

 

Kortom het wapperen van de gebedsvlaggetjes zorgt voor het versterken van geluk, welzijn en voorspoed voor een ieder die erlangs komt.

En dat gun ik iedereen!

 

Oost west alles best

In de bus en in ons huis wonen, zijn twee plekken die allebei als thuis voelen.

Onder andere hierdoor hebben we het geluk dat we de afgelopen maanden weer hebben kunnen reizen. Als je je ergens niet thuis voelt, is reizen lastig. Mijn ongeneeslijke nieuwsgierigheid naar nieuwe dingen en nieuwe mensen heeft weer voor veel bijzondere rijkdom gezorgd.

Onze Ronda Adriatica met onze bus meneer Nilsson zit erop. We hebben plenty landen bezocht. De verdieping in de Balkanlanden maakt ons nog nieuwsgieriger naar nog een laagje dieper. We hebben rijke ontwikkelde landen en arme landen gezien waar de ontwikkeling niet hard gaat om legio redenen. We zijn dankbaar dat we geen vervelende dingen persoonlijk hebben meegemaakt, maar hebben ook gezien dat er binnen Europa nog zoveel gedoe, armoede en oneerlijkheid is.

In de achteruitkijkspiegel kijkend was deze lange trip van 106 dagen met een pitchstop in Rijswijk een WOW-WAUW-REIS. We hebben zoveel rode loper dagen gehad met het leren kennen van nieuw ontdekte landen, herontdekte steden, onbekende steden, waanzinnige ruige ongerepte natuurparken, aqua blauwe zeeën, sterrenhemels die naar de disco zijn, pittige wijze geschiedenislessen van locals of tentoongesteld in musea, lage prijzen voor eten uit de winkels of kraampjes langs de weg, goedkoop terrasjes pikken en verassende nieuwe ontmoetingen. Maar ook afval-bendes overal waar je keek, corrupte verhalen aangehoord, heel veel mensen gezien met slechte gebitten of tandloos, verwaarloosde huizen, on-affe huizen en super belabberde wegen.

De balans opmakend kan ik alleen maar schrijven dat we boffen met wonen in Nederland. En natuurlijk is Nederland overvol, mopperen we op de regering, op de boeren, op de wappies en nog veel meer … De kern is en blijft dat we in een land leven dat de democratie echt naleeft waardoor je je veilig en vrij voelt en binnen acceptabele kaders kunt zeggen wat je wilt.

Dus oost west alles best klopt voor ons, maar niet voor iedereen in Europa. Daarvoor is nog een lange weg te gaan.

 

Alles onder één vlag

Europese Unie

We verzinnen vlaggen, bedenken grenzen en vergeten mensen.

Op hop-reis door verschillende landen word ik mij bewust van de verschillen en overeenkomsten tussen landen. Stiekem is mijn hoofd continue op zoek naar herkenning en vergelijk ik situaties.

 

We hop-reizen door het prachtige natuurland Albanië. Een land dat sinds 2014 kandidaat-lid is van de EU. Het had in 2019 lid kunnen zijn als Frankrijk en Nederland niet tegen de toetreding geweest zouden zijn.

Sinds 2000 is het motto van de EU, “In verscheidenheid verenigd.” Dit motto drukt het respect uit dat de EU koestert voor de veelheid aan Europese culturen, tradities en talen.

Wat we willen is de vrede in Europa behouden.

 

Op dit moment is in het nieuws dat Mark Rutte weer in gesprek is met premier Rama van Albanië om ervoor te zorgen dat er een goede samenwerking tot stand komt om bepaalde zaken in orde te maken zodat het wel kan toetreden. Het opbouwen van een sterke democratie en het bestrijden van corruptie zijn in volle gang. Corrupte rechters zijn de laan uitgestuurd en nieuwe rechters worden opgeleid. Het politie- en marechaussee-systeem is doorgelicht en veranderd.  

 

Terwijl we het Albanese leven binnen wandelen zie ik dingen die ik moeilijk kan plaatsen. Ik zie een ontwikkelingsland waar nog heel veel moet gebeuren om ervoor te zorgen dat de welvaart voor een grotere groep mensen bereikbaar zal worden. Op dit moment leven er drie miljoen Albanezen waarvan bijna zestig procent onder de armoedegrens leeft.

In een gesprek met twee Albanezen die goed Engels spreken kom ik veel over het land te  weten.

Albanië is een ontwikkelingsland en één van de armste landen van Europa. Het politieke systeem is deels nog steeds corrupt. Een groot deel van de bevolking is erg conservatief, dus stemt op conservatieve partijen waardoor vooruitgang traag gaat. Op het platteland leven veel geïsoleerde families die nauwelijks steun krijgen, de infrastructuur is slecht en er is weinig sociale zorg. Echter onderwijs en de gezondheidszorg zijn gratis, maar ziekenhuizen zijn er weinig. De huizen hebben inmiddels elektriciteit en is nog maar 25% van de mensen analfabeet. 30 jaar geleden was dit 80%. Een mini-historische samenvatting voor de leken: Na WO2 was het land 45 jaar een rigide communistische staat. Volksopstanden zorgden voor verandering. In 1992 werden er democratische verkiezingen gehouden.

Dat is een stap vooruit, maar het is schrijnend om te zien dat de kloof tussen rijk en arm nog steeds zo groot is. De vele geïsoleerde dorpen in het binnenland kunnen niks met de vrijemarkteconomie. Daar is veel werkeloosheid.

 

In gesprek met onze campingbaas Denis horen we hoe het er hier in de baai van Himare aan toegaat. Hij geeft aan dat er geen plan van ruimtelijke ordening en geen visie is. Je kunt bij de plaatselijke ambtenaren een projectplan indienen en als dat goedgekeurd wordt, krijg je vanuit de EU-pot een bak met geld. Zij bepalen wat een goed en niet goed project is. Er is sprake van vriendjespolitiek. Lees dus corruptie.

Als EU-kandidaat-lid ontvangen dit soort baaien geld.

Ik zie in de baai een 5 sterren hotel naast hippie campinkjes, minimarktjes, appartementencomplexen  en hippie barretjes. Op het strand staan honderden parasolletjes en hemelbedden. Veel te veel voor de hoeveelheid toeristen die er kunnen komen. Auto’s worden overal geparkeerd langs de weg van zand. Het zorgt voor een rommelige gezellige beetje chaotische plek.

Ik zie ook dat de wegen met uitzondering van de hoofdweg in slechte staat zijn, er lopen koeien en geitenhoeders over de straat, er liggen bedelaars in de schaduw. Er zijn van de 3 miljoen inwoners 800.000 inwoners echt arm en zij kunnen met moeite net wel of helemaal niet voorzien in de basisbehoeften en ondertussen komen de meer welgestelde Albanezen en buitenlandse toeristen op dit soort baaien af. Het is hier nu nog niet een toeristenbom, maar dat gaat het wel worden. Dat is zo ontzettend jammer. De hele Albanese Riviera wordt zo één grote lelijke plek.  

Met deze wetenschap in mijn achterzak banjer ik als toerist hier tussendoor. Ik voel een soort schaamte en probeer deze los te laten.

 

Alles onder één vlag binnen de EU inclusief de Balkan met dezelfde rechten, leven in vrijheid en vrede, dus zonder corruptie en onveiligheid zou mooi zijn en mogelijk haalbaar als de begeleiding bij kandidaat-landen ook op lokaal niveau aangestuurd of begeleid wordt.

Onze campingbaas geeft het schrijnende voorbeeld dat de boel qua corruptie nog steeds niet op orde is of is dit een uitzondering? Ik geloof daar niks van.

 

Kamperen was leuk, is leuk en blijft leuk

kamperen vroeger en nu

Ik was negen jaar toen ik voor het eerst ging kamperen. In mijn herinnering altijd een heerlijke tijd. We stonden op mooie natuurcampings met niet te veel luxe en geen lawaai-ge-papagaai.

Ook in mijn studententijd en later met onze eigen kinderen stonden we op soortgelijke campings. En ook nu met onze bus meneer Nilsson zoeken we die plekken op.

Inmiddels kan ik feilloos bij de eerste aanblik op een website of bij de ingang van een kampeerterrein al voelen of dit een fijne of niet-fijne plek is.

 

Sommige handige dingen neem je mee uit je eigen kinder-kampeer-tijd. Wij kochten vroeger bij de AH een blik smeerbare boter. Dat heb ik nog heel lang gedaan. Helaas is deze uit het assortiment gehaald. Vroeger sliep ik als kind met een lakenzak in de slaapzak. Onze kinderen hebben dat ook nog even gedaan. Als snel gingen we over op ‘dekbedden’. Dat was toch fijner dan verstrikt raken in de lakenzak zodat je je een mummie voelde. De badmintonrackets en scrabble gaan nog steeds mee. Als ik wandel door het bos heb ik net als toen ik kind was nog steeds vaak een stok in mijn handen. Vroeger haalde ik met een zakmes de schors ervan af. Nu friemel ik hem er met mijn vingers vanaf. We hadden ook van die lichtblauwe plastic waterschoenen met een riempje om zonder geglibber en pijn over de stenen die in het water lagen de fjord in te kunnen. Sinds ik zelf kampeer, neem ik altijd mijn teva’s mee. Onze kinderen vonden deze in de puberteit superstom, maar nu ze ook volwassen zijn, staan die ook op hun paklijst.

Ook ik had als kind iets wat ik superstom vond. Niet lachen als je het volgende leest: We hadden weggooi-onderbroeken voor de eerste paar dagen. Ze zaten raar, maar het moest. Dat was handig …

Ik werd als kind blij van een nieuwe zaklamp of mijn zakmes. Met je zaklamp in het donker naar het washok lopen was een hele belevenis. Stiekem in je slaapzak met je zaklamp aan lezen ook.

Nu word ik blij van een mooie solarlamp, mijn kruidentuintje of onze vrolijke gekleurde afwasbak.

 

Na -tig jaren kamperen voel ik mij een echte kampeer-expert.

Kamperen is net als in het dagelijks thuisleven in materiële gemakzin of gevoelsmatig veranderd. In onderstaande vijftien voorbeelden zijn die veranderingen zichtbaar. Sommige voorbeelden voelen old school aan en daar kijk ik met een soort van weemoed naar terug.

  1. Wij luisterden vroeger naar de wereldomroep via een klein radiootje waar we met de antenne op zoek gingen naar de richting waar we het duidelijkste signaal konden krijgen. We luisterden vooral naar de noodoproepen en het weerbericht.  Vroeger werd er heel sporadisch gebeld met het thuisfront vanuit een     telefooncel. We kunnen nu met onze mobiel en als er gratis wifi op de camping is eindeloos beeldbellen.

    

  1. Ik kan mij herinneren dat er op het informatieprikbord bij de ingang van een camping briefjes werden opgehangen voor families als zij naar huis moesten bellen voor noodgevallen.

 

  1. Vroeger gingen we naar de bibliotheek en haalden allemaal zes boeken. Het dubbele van wat normaal was. In de vakantie mocht je ze ook zes in plaats van drie weken lenen. Al die boeken gingen in een krat mee. Wij hebben nu onze e-readers mee met daarop een complete bibliotheek waar je ter plekke uit kunt kiezen.

 

  1. Vroeger moesten we in de file staan bij de grens om de paspoorten te laten zien of deden ze een bagagecheck. In Noorwegen hadden we ooit eens pech en werden we eruit gevist en keerden ze de auto en de aanhangwagen binnenste buiten op zoek naar mogelijke drank. Nu racen we gewoon door over bijna iedere grens.

 

  1. Vroeger hadden we een kampeergids van de ANWB en arceerden we de leuke campings. We reserveerden niet. Nu heb ik meer voorpret met het uitzoeken van leuke campinkjes via internet. In de zomervakantie reserveerden we de kleine campings omdat deze anders vol zaten. Nu met het reizen met onze bus meneer Nilsson voor de zomerspits is dat niet nodig. Onderweg of de avond ervoor zoeken we met onze mobiel een nieuwe plek uit. Ook heb ik thuis al een hele voorraad campings vastgepind in googlemaps.

 

  1. Vroeger hadden we plastic servies van Mepal in de kleur beige, oranje en groen. Nu heb ik een hekel aan plastic servies en gebruiken we stenen mokken en stevige wijnglazen.

 

  1. Vroeger lag de landkaart op de schoot van de bijrijder en was de bijrijder een belangrijke persoon die de richting van de weg aangaf. Nu is de tom-tom of googlemaps de baas en brengt deze ons naar de juiste plek via de kortste weg of een weg zonder tolwegen of de snelste weg met tolweg. De kaart ligt nog wel op mijn schoot, maar meer ter oriëntatie op het gebied.

 

  1. Vroeger liep je echt altijd met een wc-rol onder je arm naar het toiletgebouw. Tegenwoordig merk ik dat dat wisselend is. De ene camping heeft het wel hangen en de andere niet.

 

  1. Ik speelde als kind eindeloos met raamstickers die ik op het achter-zij-raam plakte. Onze kinderen deden dat ook. Nu zitten de kinderen op de achterbank via de Ipad naar filmpjes te kijken.

 

  1. Vroeger hadden we een koelbox en twee setjes koelelementen. Die koelelementen kon je op de camping in een diepvrieskist weer laten bevriezen. Die lag dan tjokvol koelelementen. Iedereen probeerden met initialen of symbolen of gekke zakken erom heen zijn eigen koelelementen zichtbaar te houden zodat je ze snel kon vinden. Met de kinderen hadden wij een koelkast die op gas of op elektriciteit kon. In de bus hebben we een koelkast met zelfs een klein vriezertje.

 

  1. ‘s Avonds als het donker was ging de gaslamp aan. Ik vond dat altijd erg spannend. Gas ontsnapte als je hem opendraaide en als je de lucifer erbij hield, gaf het een soort knal. Nu hebben we olielampen en solarlampions.

 

  1. Het douchen ging vroeger met muntjes. Nu kun je overal gewoon lekker douchen zonder tijdsdruk.

 

  1. Betalen deden we met cheques of we haalden geld bij de geldwisselkantoren of banken. Nu kun je gewoon met je mobiel afrekenen.

 

  1. Koffiezetten deden we vroeger met een koffiekan en een plastic filter waar de koffie inging en waar we kokend water opgoten. Sinds een paar jaar hebben we, net als de Italianen al honderd jaar doen, een percolator. De geur en het genot is hetzelfde, maar het is zoveel handiger.

 

16. We kochten vroeger een krant van twee dagen oud om het nieuws van A tot Z uit te pluizen. We krijgen nu de nieuwsmeldingen binnen via ons mobiel.

 

En wat maakt kamperen nou zo leuk?

Kamperen is door de jaren heen makkelijker geworden door alle materiële verbeteringen die er zijn. Dat is een prettige aanvulling. Het gevoel van vrijheid, dicht bij de natuur leven, nieuwe ontdekkingen en vondsten vinden, steden en dorpen verkennen is gelukkig nog steeds hetzelfde. Dichter tot elkaar komen met je gezin, vrienden of samen is ook dikke vette winst. Het onverwachte ontmoeten van nieuwe mensen gaat op een camping nog altijd makkelijker dan iemand op straat aanspreken. Ik ben nieuwsgierig naar andere mensen en kan weer veel van hun verhalen leren en zij van die van mij. Na de prietpraat over waar kom je vandaan en waar ben je tot nu toe geweest, gaan gesprekken al snel de diepte in. Je bent toch ook weer een soort van anoniem en je hoeft hen in je verdere leven niet te ontmoeten.

Wat gaat de tijd toch snel vooruit, terwijl je als je goed kampeert stil staat. We proberen dingen op hun beloop te laten gaan, het lot bepaalt en brengt ons naar nieuwe verwonder-avonturen.

Met al die verschillen en overeenkomsten blijft de uitkomst hetzelfde.

Namelijk: Kamperen was leuk, is leuk en blijft leuk! 

 

Ik vertrek

blog: Ik vertrek

Deze reis staan we voor een deel bewust op campings bij Nederlandse eigenaren. Op andere campings is het in het laagseizoen behoorlijk stil. Dat is prima, maar soms is aanspraak ook fijn. Het is opvallend dat Nederlandse eigenaren Nederlanders trekt. Het is fijn om op de camping je eigen taal te kunnen spreken. Het terrein en het sanitair van een camping van Nederlandse eigenaren ziet eruit zoals wij dat zouden willen. Zij snappen dat we op de kampeerplek veel ruimte om ons heen willen, niet van hegjes houden tussen de plekken en dat je zelf mag kiezen waar je wilt staan.

In het voorseizoen hebben zij ook zin in een gesprek. Bij een biertje of een wijntje vraag ik hun het hemd van hun lijf over hun beweegredenen waarom ze deze wending in hun leven genomen hebben. Zij doen iets waar ik nooit het lef voor gehad heb, maar van binnen wel stiekem van ben blijven dromen.

De vijf stellen van deze campings waren niet in één hokje te vangen. De leeftijd varieert van 35 tot 75 jaar. Hun beweegredenen om een camping in Frankrijk te starten waren zeer uiteenlopend:

- De liefde voor de ander die er al was.

- Het zat zijn van de bureaucratie in Nederland

- Avontuur

- Je dromen waarmaken

- Iets creëren naar eigen idee

- Andere mensen blij maken en daardoor zelf geluk voelen

- Opvallend is dat drie stellen gestart zijn aan het begin van de Corona periode. Hun eigen werk liep vast waardoor de stap om het avontuur aan te gaan voor hen makkelijker werd.

 

Iedere keer als ik naar het programma ‘Ik vertrek’ kijk, doe ik dat met een mengeling van jaloezie, bewondering en leedvermaak.  Eigenlijk wil ik dat ook, zo’n eigen camping beginnen op een pittoreske en warme plek in Europa of zelfs in Nederland. 

Toch hebben wij die stap nooit gemaakt.

Wat hield ons tegen?

Daar hadden we tal van redenen voor.

Een eigen camping betekent namelijk vaak dat je grote investeringen moet doen, hard moet werken in de periode dat de rest van Nederland vakantie viert en dat het geen vetpot zal zijn als je een kleinschalige camping hebt.

Toen de kinderen van de basisschool af waren en aan hun pubertijd begonnen vonden we dat we ze zo’n verhuizing naar een rustige omgeving niet aan konden doen. Het maffe is dat we het daar nooit met ze over gehad hebben. Het was een gevoel van mij.

Nu onze meiden al heel lang op zichzelf wonen, hebben we de sprong ook nooit gewaagd. Ik zou ze te veel gaan missen omdat ik ze te weinig zou zien, dacht ik altijd.

Ook zou ik de drukte en het vertier van een stad missen.

 

Een camping kopen doe je niet bij de supermarkt. Op instagram zie ik regelmatig campings te koop staan. Ik koekeloer dan nog steeds even op hun website.

Een camping moet tegenwoordig uniek zijn, jouw website moet sprankelen en goed te vinden zijn via google. Het moet een verhaal hebben dat tot de verbeelding spreekt voor de doelgroep die jij op je camping wilt hebben.

Mijn droomcamping zou een soort van creatief community dorpje zijn. Een soort camping ‘Buitenland van Floortje Dessing’, maar dan veel kleinschaliger. Camping ‘Het bos roept’ in de kop van Noord-Holland heeft ook die vibe. Eigenlijk buitenkunst in het klein en liefst aan een watertje.

Met onze bus meneer Nilsson blijven we op zoek gaan naar droomplekken waar we fijn van kunnen genieten.

Ik blijf in de toekomst lekker dromen, reis met de bus MN en vertrek niet!

 

 

Wolken

Wolken reizen waar je ook bent op onze aardbol, als je ze ziet, altijd met je mee.

Nederland staat bekend om zijn mooie wolkenluchten, maar veel meer landen hebben deze prachtige luchten. Ook nu in de lente in Bretagne. Een rode zonsopgang of -ondergang is met wolken veel mooier dan zonder.

Vroeger reed ik als kind op de achterbank van de auto regelmatig langs de wolkenfabriek bij De Hembrug bij Amsterdam. Al kijkend nam mijn fantasiewereld het over en sprong ik van wolk naar wolk naar wolk of viste ik met een hengel vanaf de wolk naar mensen die beneden door de straten liepen. Als ik beet had, hees ik de persoon op en mocht hij bij mij op de wolk zitten. Dat werd een gezellige boel. Soms waren het vriendinnetjes of vriendjes en soms bekende mensen van de televisie.

 

De wind neemt allerlei soorten wolken mee. De wolkenkenners onder ons kennen de namen cirrocumulus, cirrus-vederwolken, altocumulus of nimbostratus. De niet-kenners kennen ze ook, maar dan onder de namen schaapjeswolken laag, middelhoog of hoog in de lucht, sluierbewolking, regenwolk, paddenstoelwolk, tornado en donderwolk. Ieder met zijn eigen kleur wit of grijs.

Toen ik in de twintig was had ik als vakantiehobby parapenten. Je springt dan met een soort parachute van de berg af en vliegt het dal in. Als beginneling mocht je nooit door een wolk heen springen. Toen ik een aantal vluchten erop had zitten, mocht dat wel. Wow. Dat was echt griezelig. Je springt de wolk in en ziet niks en moet er maar op vertrouwen dat het daaronder weer helder is. Je hoofd weet dat, maar je ogen zien echt niks.

Ook tijdens het skiën kon het wel eens gebeuren dat je geen bal meer zag. Op gevoel en bijna op de tast in slow motion van paal naar paal lieten we ons van de piste afgaan. Altijd weer opgelucht als we beneden waren zonder brokken.

In de bergen heb je wel vaker laaghangende bewolking en dan schijnt de zon erboven en is het daar fantastisch weer. Als je bovenop de berg staat en het dal inkijkt, zie je die wolken hangen en dat is dan echt schilderijwaardig. 

Als je wel eens met een vliegtuig gevlogen hebt, dan heb je vast ook wel eens boven de wolken gevlogen. De aarde bedekt onder een donzen dekbed. Vrij als een vogel vliegt het vliegtuig erboven, erdoor of eronderdoor. Een grandioos gevoel en een geweldig gezicht.

 

Wij razen nu met meneer Nilsson de wolken voorbij.

Een prachtig gezicht.

Mijn fantasie op zoek naar dansende beesten in de lucht.

Wolken vervelen zich nooit.

Zij hebben altijd wat te zien.

Als wij zoals nu met ons busje meneer Nilsson reizen, reizen wij op een roze wolk. Iedere dag weer beseffen wij wat een geluk wij hebben dat wij dit kunnen en mogen doen met of zonder wolken boven ons.

 

Wolken

Drijven

Zweven

Klimmen

Klauteren

Racen

Of

Hangen stil

 

Wolken zijn

Mooi

Somber

of

Dreigend

 

Wolken

Komen

Blijven

En

Gaan

 

De taal van onze Zuiderburen

De Belgen hebben veel met ons gemeen. We verstaan elkaars taal, maar gebruiken voor veel dingen andere woorden. Dat maakt het zo leuk om met de buren te communiceren. Er kunnen ook heerlijke misverstanden uit voortkomen.

 

Op de Belgische radiozender klinkt de radio-vertel-mevrouw net als Paul Jambers en wil je de aangeprijsde dingen in reclamespotjes direct kopen. Zwoel en taalrijk klinkt de Belgische taal door onze meneer Nilsson speaker. Het zijn dezelfde reclames als in Nederland, maar nu zou ik direct naar het Kruidvat of de Bristol spurten om de spullen te scoren.

Ook het nieuwsbericht komt gek genoeg minder hard aan. We horen een bizar nieuwsfeitje. Het gaat over de dood van een schacht tijdens de doop. In Nederland noemen we dat een spruit die wordt ontgroend. In België gebeuren net als in Nederland ook rare dingen binnen studentenverenigingen. Schachten moeten een goudvis eten en daarna vissaus drinken. Een schacht heeft zichzelf in 2018 vergiftigd met te veel vissaus en is vervolgens overleden. 18 leden van de vereniging worden deze week eindelijk berecht voor deze misdaad.

Maar goed ook want dit soort rare praktijken moeten zowel in België als in Nederland maar eens afgelopen zijn!

 

De Belgen zijn ook goed in het maken van spreekteksten en schromen niet om deze borden langs de weg te stallen. In het Belgische Ieper zagen we twee mooie voorbeelden. ‘Het kakje in het zakje en gelieve de stront van je hond op te kuisen’ Ik heb nog nooit zulke directe taal op Nederlandse borden gezien.

In Ieper zijn ze ook goed in het plaatsen van meerdere bijzondere boodschappen op verkeersborden onder elkaar. Ik vraag mij af of dat wel werkt zo.

 

Op de camping bij Ieper sprak de beheerder vol trots over de toekomstige valse vogels die hun intrede zouden doen in het vernieuwde washok. Als je nu het washok opent hoor je een kakafonie van vrolijk tjirpende vogels uit een boxje. Valse vogels zijn geen vogels die vals zingen, maar nepvogels. Van dit soort spraakverwarringen word ik blij.

 

Onze kleine Belgische Nicole die al meer dan 30 jaar in Nederland woont, heeft nog altijd die prachtige Belgische tongval. Ik geniet altijd van haar spreekkunst. Zij vindt het Belgische woord sjacosch een prachtig woord. Dat is in het Nederlands de handtas.

Het mooiste Belgische woord vind ik het slaapkleedje. Lieke had vroeger een Belgische vriendin. Als zij kwam logeren nam zij haar slaapkleedje mee. Dat is niet een dekentje, maar wel een pyjama.

Speurend op internet kom ik veel woordkunst verschillen tegen. Het mooiste Belgische woord vind ik fluisterasfalt. Wij noemen het ZOAB.

Ik zou het heel plezant vinden als iets van de woordkunsten van onze Zuiderburen onze taal binnendringt zodat wij ons die woordkunsten ook eigen maken. Dat maakt onze taal rijker.

 

We gaan op reis en nemen mee … Meneer Nilsson

We gaan op reis

Vroeger deden we met de kinderen in de auto op reis naar onze vakantiebestemming eindeloos veel spelletjes. Mensen raden, zevenen, alfabetspelletjes, reken- en taalspelletjes, hectometerpaaltjes benoemen, automerken benoemen, rode en daarna witte gevolgd door blauwe auto’s tellen, maar ook ik ga op reis en neem mee dus … als eerste genoemd: Biba de beer (Lieke) - boeken (Roos) - puzzelboekje (Ed) - zonnebril (ik) - …

 

We hebben al zo lang we kamperen een meeneemlijst in de pc en inmiddels ook op mijn mobiel staan. Als we na een vakantie richting huis gaan evalueren we de lijst een beetje. Wat hebben we niet gebruikt en hoeft niet meer mee en wat missen we. Afhankelijk van de vakantiebestemming, de tijdsduur, de periode in het jaar en wie ermee gaan is de lijst continue in beweging.

Op de paklijst van mijn ouders stond een klein radiootje met een uitklap antenne. 

Toen ik als kind op vakantie ging, hadden wij een klein radiootje bij ons waar we op zondagmorgen berichten van de wereldomroep luisterden. Het ging dan om ‘nare’ berichten zoals ‘zou de familie Kuipers, rijdend in een rode Citroën met het kenteken AB-22-YZ contact willen opnemen met het thuisfront.’

Als ik dit vertelde aan de kinderen in mijn groep op de basisschool, keken ze mij met ogen op steeltjes aan. Huhhhh?

Tijden veranderen. Tegenwoordig op iedere plek internet en mijn mobiel kan echt alles. Nou ja … bijna alles. Afspeelijsten en podcasten luisteren, googlemaps, internet, de krant, fotograferen, filmen en betalen. Die moet dus mee, maar wel met de belofte aan mijzelf dat ik hem regelmatig wegleg zodat hij niet aan mijn hand vastgeplakt zit.

 

Inmiddels wordt dit de derde lange reis met onze bus 'meneer Nilsson.'

De paklijst hebben we weer tevoorschijn getoverd en zo regelen we de laatste dingen.

Meneer Nilsson is uit de stalling gehaald en staat even voor de deur om in te laden. Voor onze laatste bestemming hadden we voor acht weken wijn bij ons, da’s nu niet nodig want onze nieuwe bestemming heeft volop betaalbare lekkere wijnen.

Wat we wel nodig hebben is toch nog een beetje vaag.

Nemen we wel of geen snorkelspullen, vishengel, bergschoenen, hardloopspullen, BBQ-tje, schilderspullen, waterluchtbedje om te dobberen, kubb, parapentescherm en helm, onze vertrouwde koffiemerk en muts mee?

Ik denk toch maar alles … als het past in meneer Nilsson.

 

Joehoe!

Het borrelt vanbinnen.

De voorpret is er al maanden.

Het aftellen is begonnen.

 

Eindelijk is het zover.

Pret en ik gaan samen onze wegwijzers volgen via een nieuw avonturenpad.

Het kriebelt!

 

We gaan op reis en nemen mee

Meneer Nilsson met alles erop en eraan

Een hoofd vol gedachten

 

Zorgeloos en vrij

De wind avontuurlijk wapperend door mijn haren 

De toevalligheden tegemoet

Weten wat er gebeurt terwijl het gebeurt

Alleen maar waarnemen en observeren

 

Zwerven

Met een beetje een doel

De zon achterna